Een warme Jan Vreugdenhil

Jan Vreugdenhil
Genealogiecode: J XII a
Door: Redactie
Bron: bakkerij Vreugdenhil
Foto: bakkerij Vreugdenhil

De bakkerij
Een kwartier eerder dan afgesproken belde ik aan. Gerda, de vrouw van Jan, verwelkomde mij. “Jan is nog bezig in de bakkerij maar hij is zo klaar, kom maar vast kijken”, luidde haar uitnodigende reactie op mijn excuus voor mijn vroege komst. Meteen gingen we de bakkerij in, waar ik kennismaakte met Jan Vreugdenhil.
“Normaal gesproken zou ik klaar zijn geweest, maar omdat Koninginnedag in deze week valt, heb ik het drukker en moet er nog het een en ander gebeuren. Maar over een kwartiertje ben ik wel klaar”, aldus Jan, de laatste hand leggend aan een tiental appeltaarten die kersvers in de koeling verdwijnen.

Als Jan inderdaad snel klaar is, stelt hij voor dat we eerst de bakkerij bezichtigen. Hij legt uit dat deze bakkerij een banket bakkersgedeelte en een broodbakgedeelte omvat. De bakkerij is van opa op vader op zoon overgegaan en is inmiddels uitgebreid en gemoderniseerd. Jan legt mij de werking van alle machines, apparaten, koeling en oven uit. Duidelijk blijkt dat hij liefde heeft voor z’n bakkersvak. Hij praat er graag over. De kwaliteit van zijn producten vindt hij enorm belangrijk.

Heksenketel
Uw redacteur bakt graag een taartje en heeft voor eigen gebruik wel eens brood gebakken. Als amateur-bakker ben ik dan ook geïnteresseerd in al die machines: de kneedapparatuur, de apparaten die het deeg voor het brood afmeten en de machines waarin het deeg rijst. Na de koeling komen we bij de oven, die een paar jaar geleden is ingebouwd. “Zo’n oven en alle ander apparaten kosten veel geld”, merkt Jan op. “Ook in een bakkerij moet je behoorlijk veel investeren”. Na de rondleiding in de bakkerij gaan we naar de winkel. In de loop der jaren is deze grote winkel al diverse malen verbouwd. Zo te zien hoeft er de komende jaren niets meer aan de moderne winkel te worden veranderd.
Als Jan is gaan douchen, praat ik in de woonkamer met zijn moeder. “Ik kom hier erg vaak”, vertelt ze. “Mijn man is helaas drie jaar geleden op 69-jarige leeftijd overleden. Hij heeft altijd heel hard in de bakkerij gewerkt. En ook Jan heeft het verschrikkelijk druk met de bakkerij.

Geschiedenis
Vroeger werd er weliswaar meer brood gebakken en verkocht, maar toen waren er niet zoveel soorten brood te koop. En vooral het aantal soorten gebak is erg uitgebreid. Het kost dus allemaal veel meer tijd om al die producten te maken”.
Er klinkt enige bezorgdheid in de stem van Jans moeder. “Hij slaapt maar een paar uur per dag. Ook Gerda moet enorm hard meewerken. Het is eigenlijk allemaal te veel van het goede. Op zaterdag is het hier helemaal een heksenketel”, vervolgt zij, “we zijn met het personeel erbij dan met z’n twintigers. Ik zorg dan voor ze, omdat ik het leuk vind. “Koffie, eten, zelfs de warme maaltijd maak ik klaar voor die twintig man”. De moeder van Jan blijkt niet alleen door haar huwelijk een Vreugdenhil te zijn, ook haar moeder was een Vreugdenhil, evenals haar oma. Wel kwamen zij uit andere takken voort. Geïnteresseerden onder onze lezers kunnen kijken in de pagina’s 217 en 244 in ons familieboek onder respectievelijk J )ü c en K IX g, 10.

Jan Vreugdenhil
Genealogiecode: J XII a
Door: Redactie
Bron: bakkerij Vreugdenhil
Foto: bakkerij Vreugdenhil

Firma
Toen Jan 15 jaar was, ging hij bij een andere bakker werken. “Het is niet goed om alleen bij je vader in de leer te gaan.” licht hij toe, “bij andere bakkers leer je toch weer andere dingen. Ik ging eerst in Maassluis werken, maar bij die bakker viel er weinig te leren. Ik moest alleen maar schoonmaken en dat had ik thuis al lang genoeg gedaan. Toen begon ik bij een bakker Boon in Naaldwijk en daar heb ik 2 112 jaar gewerkt en veel geleerd. Bovendien was het nog een leuke tijd ook.
Toen er bij vader in de bakkerij een vacature ontstond, kon ik terugkomen. Tot mijn trouwdatum (13 juli 1977) ben ik in loondienst bij pa geweest. Daarna werd het bedrijf in een firma omgezet en werd ik mede-eigenaar. Daar heb ik me verder in het vak bekwaamd en kreeg ik steeds meer “en. Vader heeft wel altijd de administratie bijgehouden, een onderdeel van het vak dat steeds meer tijd kost”.

Wedstrijden
Op de vraag hoe het nu met al die gewonnen wedstrijden en de publiciteit zit, antwoordt Jan: “Ik heb aan drie soorten wedstrijden meegedaan als bakker.
Allereerst aan de strijd om de Westland trofee. Daar kun je een wisselbeker mee winnen. Een club van bakkers uit het Westland nam zelf het initiatief tot het organiseren van de wedstrijden. Het gaat daarbij om kwaliteitsverhoging en ook om onderlinge contacten. De club bestaat uit 26 leden.
De broodartikelen worden door keurmeesters gekeurd op acht of soms tien onderdelen. Voor het ene broodartikel kun je hoog, voor een ander wat lager scoren. De wedstrijd duurt een aantal dagen. Iedere dag worden andere broodartikelen gekeurd. ’s Avonds komen alle bakkers bij elkaar. Aan de hand van de keuringsuitslag van die dag praten ze over de producten en leren van elkaars goede dingen en van elkaars fouten. Als alle keuringen zijn verricht is de wedstrijd afgelopen en kan worden bepaald wie de winnaar is”.
Jan is driemaal eerste geworden, eenmaal tweede en eenmaal derde. Onlangs is de wedstrijd voor de zevende keer gehouden: Jans prestaties zijn bepaald niet slecht!!
Ook de Rotterdam-trofee is in Jans bezit. “Deze trofee kun je winnen in een wedstrijd waaraan veel meer bakkers meedoen. In een bepaalde week halen keurmeesters brood en een ander product op. Je weet natuurlijk niet op welke dag. Dat brood vriezen ze in om van iedere bakker een vergelijkbaar brood te kunnen hebben. Op een bepaald moment worden al die broden gekeurd.
“In 1993 had ik het beste brood en kreeg ik de eerste prijs”, zegt Jan met enige trots. Zo’n keuring is wel een momentopname. Als de temperatuur van de oven niet helemaal goed is of de vochtigheidsgraad in de bakkerij net te hoog of te laag is, is het brood niet optimaal. Overigens gaat het dan om het laatste beetje kwaliteit en dat proeft de consument echt niet meer. Maar ook het uiterlijk van het brood speelt dan mee”. Tenslotte is er ook nog een landelijke wedstrijd. Wie voor een bepaald broodproduct bijvoorbeeld 64 punten haalt wint de eerste prijs en wie 60 punten pakt, krijgt de tweede prijs. Jan heeft met verschillende broodsoorten diverse eerste prijzen gewonnen en ook twee keer meegedongen naar de titel van de beste bakker van Nederland.

Hobby’s
In 1991, 1992 en 1993 fietste Jan mee in de wereldkampioenschappen fietsen voor bakkers. En ook wat dat betreft was Jan niet tevreden met een geringe prestatie. Hij herinnert zich: “In 1993 was de wedstrijd in Nederland. Op 330 m voor het einde lag ik op de tweede plaats. Maar het werd toen zo’n getrek en geduw dat ik de rest maar liet gaan omdat ik bang was voor een valpartij. Uiteindelijk werd ik nog twaalfde. Maar ik doe dat nu niet meer, want ik kan dat conditioneel door het werk in de bakkerij niet meer aan”. De conditie -speelt ook een rol bij het schaatsen: in 1985 en in 1986 reed hij de Elfstedentocht uit, maar dit jaar moest hij na 130 km opgeven. “Dat was op 4 januari, vlak na de enorm drukke decembermaand waarin wij meer dan 100 uur per week werken en je soms ’s nachts niet op bed komt”. Des te meer is Jan trots op de twee kruisjes van 1985 en 1986.

Kwaliteit
Jan’s zoon Christiaan zit op een middelbare bakkersschool in Wageningen. De zaak zal dus wel in de familie blijven. Jan vindt, dat z’n zoon meer dan hijzelf theoretische kennis van het bakkersbedrijf opdoet. “Ik heb het veel meer in de praktijk moeten leren. Maar Christiaan werkt ook wel mee in de bakkerij en dochter Nely in de verkoop. Gerard, de jongste, sport graag en doet ook af en toe een klusje. “Ja, en m’n vrouw Gerda verricht ook veel werk in de winkel. Ze doet het huishouden en heeft het ontzettend druk met de zaak”. Kwaliteit staat heel hoog in Jans vaandel. Hij laat zijn producten zelfs vrijwillig bij een instituut in Wageningen keuren. Daardoor heeft hij een waarborg voor de kwaliteit. Hij houdt erg veel van z’n vak en wil steeds betere producten maken; een bakker en een Vreugdenhil die niet gauw tevreden is.

Bij het afscheid nemen werd mij een goed gevulde tas met diverse lekkernijen in de hand gedrukt. Thuis was ik dus ook weer meer dan welkom!